Radioactiviteit in het leefmilieu

Dag in dag uit worden we blootgesteld aan radioactiviteit. Ze heeft twee oorsprongen: een natuurlijke en een kunstmatige oorsprong.

Natuurlijke radioactiviteit

De natuurlijke radioactiviteit bestaat uit 3 hoofdcategorieën van radioactieve elementen : 

  • De radionucliden met een zeer lange levensduur (gelijk aan of hoger dan een miljard jaar) en die bestaan  sinds de vorming van de aarde; ze werden waarschijnlijk gesynthetiseerd door de nucleaire reacties in een stellaire explosie voorafgaand aan het zonnestelsel. Deze categorie omvat enkele tientallen nucliden (kalium-40 (40K), uranium-238 (238U), thorium-232 (232Th), uranium-235 (235U), enz.). Deze elementen komen overal in onze omgeving voor en vooral in bodems en rotsen. Dit wordt de terrestrische blootstelling genoemd;  
  • De radionucliden geproduceerd door de desintegratie van de voorgaande, en in het bijzonder de lange vervalketens van 238U, 232Th en 235U. Sommige van deze  nucliden spelen een bijzondere rol, zoals de isotopen van thorium (230Th en 228Th) of van radon (222Rn en 220Rn);  
  • De radionucliden geproduceerd door nucleaire reacties in de bovenste atmosfeer onder invloed van kosmische straling (koolstof-14 (14C), tritium (3H), beryllium-10 (10Be), enz.). Deze elementen diffunderen in de atmosfeer en zijn terug te vinden in alle organische en anorganische materialen. Dit wordt de kosmogene blootstelling genoemd.
Kunstmatige (antropogene) radioactiviteit

De kunstmatige (antropogene) radioactiviteit die gegeneerd wordt door menselijke militaire, industriële, medische en onderzoeks activiteiten. Volgende activiteiten zijn aanwezig in België : 

  • De nucleaire industrie wordt vertegenwoordigd door de 4 kernreactoren in Doel aan de Schelde en de 3 kernreactoren in Tihange aan de Maas, de installaties van Belgoprocess 1 en 2 en het IRE. Het omvat ook de nucleaire industrie in het buitenland, maar gelegen nabij de Belgische grens zoals de kerncentrales van Gravelines, Chooz en Cattenom in Frankrijk, Borssele in Nederland; 
  • De NORM-industrie; 
  • Nucleair onderzoek in laboratoria zoals die van het SCKCEN en de universiteiten; 
  • De radiologische diensten en nucleaire geneeskunde in ziekenhuizen zijn verantwoordelijk voor een toenemend aandeel van de gemiddelde blootstelling van de bevolking aan ioniserende straling. De inspanningen om de dosis voor patiënten te optimaliseren en de voortschrijdende modernisering van de radiologische apparatuur maken het mogelijk om deze gemiddelde blootstelling te beperken (1,53 mSv/jaar in 2015).

Al deze bronnen van radioactiviteit zijn verantwoordelijk voor de globale blootstelling van mensen aan ioniserende straling in België (~4,0 mSv/jaar). Deze blootstelling of dosis (uitgedrukt in mSv) is hoofdzakelijk toe te schrijven aan de natuurlijke radioactiviteit en aan blootstellingen van medische oorsprong (Figuur 1). Iedere staat is verplicht de niveaus van natuurlijke en kunstmatige radioactiviteit te controleren waaraan zijn bevolking potentieel wordt blootgesteld. Deze verplichting is duidelijk gepreciseerd in wetteksten die wettelijk en reglementair kader definiëren dat van toepassing is in België.


Figuur 1. Oorsprong van de verschillende vormen van blootstelling aan ioniserende straling in België

Toepassingen die radioactieve stoffen aanwenden streng gereglementeerd, en het niveau van radioactiviteit in het milieu is onderworpen aan een permanente opvolging. Dit gebeurt onder de verantwoordelijkheid van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle.

Het radiologisch toezichtprogramma bedekt het gehele Belgische grondgebied en maakt het mogelijk om permanent de blootstelling van de bevolking te controleren.

Indien nodig, is er ook een nationaal nucleair noodplan beschikbaar om de nodige maatregelen te nemen om de bevolking te beschermen.

 

Laatst aangepast op: 02/04/2021