Vervalopslag voor een periode langer dan 5 jaar

Om te vermijden dat radioactieve bronnen of stoffen langdurig bij een exploitant blijven liggen, is in artikel 27bis van het ARBIS opgenomen dat de aanwezigheid  ervan moet gerechtvaardigd worden wanneer deze bronnen of stoffen gedurende 5 jaren niet meer gebruikt werden en indien er geen verder gebruik is voorzien. Bovendien moet er voor de bronnen of stoffen die gedeclareerd worden als radioactief afval binnen de 6 maanden een notificatie tot afvoer van deze bronnen of stoffen ingediend worden bij Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen (NIRAS).

Voor bepaalde radioactieve stoffen waarvoor de vervalperiode tot vrijgave langer dan 5 jaar bedraagt, kan het gerechtvaardigd zijn om deze voor een langere periode, bij de exploitant op te slaan. Deze rechtvaardiging moet goedgekeurd worden door het FANC en de exploitant moet hier specifiek voor vergund worden.

De maximale termijn voor een verlengde vervalopslag op site zal steeds expliciet opgenomen worden in de uitbatingsvergunning en onderstaande voorwaarden zullen tevens worden opgelegd.

Het jaartal tegen wanneer deze stoffen zouden kunnen vrijgegeven worden, dient specifiek per stof voorafgaand bepaald en gedocumenteerd te worden in de inventaris zoals vermeld in artikel 27bis.

Ten minste om de 5 jaar wordt er via metingen gecontroleerd of deze stoffen inderdaad binnen de verwachte termijn zullen kunnen worden vrijgegeven. Indien hieruit blijkt dat een deel niet zal kunnen vrijgegeven worden binnen de toegelaten opslagperiode, moet de exploitant binnen de 6 maanden na vaststelling een notificatie tot afvoer ervan bij NIRAS indienen. Indien uit de metingen blijkt dat reeds een gedeelte kan vrijgegeven worden, moet de vrijgave en verwijdering ervan gebeuren binnen de 6 maanden na deze vaststelling.

De opslag gebeurt in een apart lokaal of in een apart afsluitbare zone binnen een lokaal, dat uitsluitend voor de opslag van deze radioactieve bronnen en/of radioactieve (afval-) stoffen is bestemd. De nodige maatregelen worden genomen opdat een vermenging met de andere radioactieve stoffen in de inrichting niet mogelijk is.
 

 

 

Laatst aangepast op: 06/11/2023