INES-schaal

De INES-schaal (International Nuclear and Radiological Event Scale, Internationale schaal van nucleaire gebeurtenissen) is een internationale schaal die toelaat de ernst van een gebeurtenis waarbij bronnen van ioniserende stralen betrokken zijn, gemakkelijker te situeren. Ze bestaat reeds meer dan 25 jaar en wordt internationaal gebruikt.

Communicatiehulpmiddel

De INES-schaal is enkel te beschouwen als een hulpmiddel voor de communicatie naar het publiek en de media om de ernst van een nucleaire gebeurtenis qua veiligheid eenvoudiger te kunnen situeren. De INES-schaal is dus geen middel om de nucleaire veiligheid van een installatie te evalueren en mag dus ook niet gebruikt worden om de veiligheid van verschillende installaties in eigen land of buitenland met elkaar te vergelijken.

Alle incidentele of toevallige gebeurtenissen waarbij stralingsbronnen betrokken zijn en die reële of potentiële gevolgen voor de veiligheid van mens en milieu kunnen hebben, worden ingedeeld op de INES-schaal.

Er zijn zeven niveaus op deze schaal, variërend van niveau 1 (onregelmatigheid) tot 7 (grootschalig ongeval, vergelijkbaar met de ongevallen in Tsjernobyl en Fukushima).

Deze gebeurtenissen zijn heel divers. Het kan betrekking hebben op het verlies of een diefstal van een radioactieve bron, maar dus ook op een ernstig ongeval in een kerncentrale.

Oorspronkelijk ontworpen voor grote nucleaire installaties, is de INES-schaal aanzienlijk veranderd eind jaren 2000. De schaal wordt nu ook gebruikt voor kleinere nucleaire installaties, alsook alle industriële activiteiten en transporten waarbij radioactieve bronnen betrokken zijn.

MAJOR ACCIDENT Level 7 : Zeer ernstig ongeval
Gevolgen voor mens en milieu

Zeer belangrijke lozingen van radioactieve stoffen buiten de site met volledig invoeren van beschermingsmaatregelen naar bevolking, milieu en voedselketen toe met als doel de beperking van de gevolgen voor de gezondheid van de mens.
bv. Nucleaire ramp van Tsjernobyl (Urkraïne, 1986)
SERIOUS ACCIDENT Level 6 : Ernstig ongeval
Gevolgen voor mens en milieu

Belangrijke lozingen van radioactieve stoffen buiten de site met mogelijks volledig invoeren van beschermingsmaatregelen naar bevolking, milieu en voedselketen toe met als doel de beperking van de gevolgen voor de gezondheid van de mens.
bv. Lozing ten gevolge van brand in een opwerkingsfabriek met lozing tot gevolg (Kyshtym, USSR, 1957)
ACCIDENT WITH WIDER CONSEQUENCES Level 5 : Ongeval met brede gevolgen
Gevolgen voor mens en milieu

Beperkte lozingen van radioactieve stoffen met mogelijks gedeeltelijke invoering van beschermingsmaatregelen voor bevolking, milieu en voedselketen.
Meerdere dodelijke slachtoffers ten gevolge van een blootstelling.
bv. Brand in reactor van Windscale met een lozing tot gevolg (UK, 1957); vier dodelijke slachtoffers ten gevolge van een achtergelaten en beschadigde hoog actieve bron (Goiania, Brazilië, 1987)
Gevolgen voor de installatie
Zware beschadiging van reactor kern.
Zeer belangrijk lozingen van radioactieve stoffen binnen de site.
bv. Gedeeltelijke kernsmelting in de kernreactor van Three-Mile-Island (USA, 1979).
ACCIDENT WITH LOCAL CONSEQUENCES Level 4 : Ongeval met lokale gevolgen
Gevolgen voor mens en milieu

Kleine lozingen van radioactieve stoffen met mogelijke beschermingsmaatregelen voor de voedselketen.
Blootstelling van een werknemer met hoge kans op overlijden binnen korte termijn tot gevolg.
bv. Criticaliteitsongeval in Tokai-Mura (Japan, 1999); bestralingsongeval te Sterigenics (Fleurus, België, 2006).
Gevolgen voor de installatie
Beschadiging van nucleaire bandstof.
Belangrijke lozing van radioactief materiaal binnen de installatie.
bv. Smelten van een brandstofkanaal zonder gevolgen voor de buitenwereld in Saint-Laurent (Frankrijk, 1980)
SERIOUS INCIDENT Level 3 : Ernstig incident
Gevolgen voor mens en milieu
Blootstelling boven het tienvoudige van de limieten voor werknemers.
Ernstige wonden ten gevolge van blootstelling.
bv. Ernstige brandwonden ten gevolg van een incident met een gammagrafie bron (Yanango, Peru, 1999)
Gevolgen voor de installatie
Hoge dosisdebieten (> 1 Sv.h) in delen van de installatie.
bv. Lozing binnen de installatie (Sellafield, UK, 2005)
Defence in Depth
Ongeval in een centrale maar net vermeden zonder enige verdere marge in veiligheidsvoorzieningen.
Diefstal of verlies van een hoog actieve ingekpaselde bron.
Transport van een bron naar een plaats die hiertoe niet voorzien is.
bv. Verlies van een hoog actieve ingekapselde bron (Ikitelli, Turkije, 1999); Verlies van veiligheidsvoorzieningen ten gevolge van een brand in een nucleaire centrale (Vandellos, Spanje, 1989).
INCIDENT Level 2 : Incident
Gevolgen voor mens en milieu
Blootstelling van een persoon van het publiek boven 10 mSv.
Blootstelling van een werker boven de jaarlijkse limiet.
bv. Blootstelling van een werknemer gammagrafie (USA, 2005)
Gevolgen voor de installatie
Dosisdebieten van meer dan 50 mSv/h in delen van de installatie.
Belangrijke besmetting van delen van de installatie.
bv. Besmetting van een deel van de installatie (Cadarache, Frankrijk, 1993)
Defence in Depth
Faling van de veiligheidsvoorzieningen zonder werkelijke gevolgen.
Toevallige vondst van een hoog actieve ingekpaselde bron met de nodige veiligheidsvoorzieningen.
Niet-gespaste verpakking van een hoog actieve ingekpaselde bron.
bv. Falen van toegangscontrole bij een versneller installatie (Frankrijk, 1995); falen van noodstroomvoorzieningen in een nucleaire centrale (Forsmark, Zweden, 2006)
ANOMALY Level 1 : Anomalie
Gevolgen voor mens en milieu
Blootstelling van een persoon van het publiek boven 1 mSv.
Defence in Depth
Problemen met de veiligheidsvoorzieningen, maar met voldoende marge.
Diefstal of verlies van een bron.
bv. Diefstal van een meetinstrument dat gebruikt maakt van een radioactieve bron. Niet naleven van de operationele limieten in een nucleaire installatie.
AFWIJKING Level 0 / beneden de schaal
Geen belang voor de nucleaire veiligheid

 

 

Laatst aangepast op: 23/05/2023