Het FANC evalueert fysieke beveiligingssystemen van nucleaire installaties

Op 1 mei 2017 sprak het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) zich formeel uit  over de erkenning van het fysieke beveiligingssysteem van nucleaire installaties en transportbedrijven. Zo waakt het FANC erover of de exploitanten van deze installaties en bedrijven hun wettelijke verplichtingen nakomen op het vlak van nucleaire beveiliging.

De wet met betrekking tot de beveiliging van alle Belgische nucleaire installaties, documenten en transporten bestaat sinds 2011. Deze wetten, en de bijhorende koninklijke besluiten, verplichten de exploitanten een grondige analyse uit te voeren van de mogelijke risico's en gepaste maatregelen te treffen om de beveiliging van de sites te maximaliseren. Deze gegevens worden enerzijds vervat in een erkenningsdossier en anderzijds vertaald in concrete maatregelen op het terrein. Dit dossier en de toegepaste maatregelen vragen uitgebreid studiewerk en een behoorlijke tijdsspanne om de implementatie correct uit te voeren. De procedure tot de officiële erkenning omvat dan ook verschillende fases, zoals grondige analyses van de erkenningsdossiers, technische vergaderingen en plaatsbezoeken. Pas wanneer al deze fases zijn doorlopen, kunnen alle partijen tot een gemeenschappelijke visie omtrent het fysieke beveiligingssysteem komen.

Het doel van een erkenningsaanvraag is tweeledig: eerst en vooral dient de beveiliging van de nucleaire installaties en transportbedrijven zo snel mogelijk tot op het wettelijk bepaalde niveau gebracht te worden. Daarenboven is de implementatie van een sterk onderbouwde beveiligingscultuur met een continue evaluatie het belangrijkste doel.

De laatste tussentijdse evaluatie vond plaats op 1 november 2016. De exploitanten kregen tot 1 mei 2017 de tijd om de aanpassingen aan het fysieke beveiligingssysteem door te voeren die het FANC had aanbevolen.

Inspecteurs van het FANC gingen ter plaatse en controleerden nauwkeurig en plichtsbewust de getroffen maatregelen en bestudeerden verder de bijhorende  elementen en procedures. De algemene conclusie is dat er enorme vooruitgang werd geboekt bij alle nucleaire installaties en vervoerders, maar tevens werd er vastgesteld dat enkele exploitanten nog niet aan alle voorwaarden voldoen om de erkenning te verkrijgen. Deze exploitanten krijgen hiervoor nog een extra termijn om deze laatste maatregelen te implementeren. Dat neemt niet weg dat de beveiligingsmaatregelen die momenteel worden geïmplementeerd in de niet-erkende installaties reeds van adequaat niveau zijn. Een voorbeeld is de aanwezigheid van militairen op de belangrijkste nucleaire sites, in afwachting van het speciaal beschermings- en bewakingskorps van de federale politie. Bovendien werden er in alle nucleaire installaties ook bijkomende maatregelen getroffen in functie van dreigingsniveau 3 in ons land. Het FANC volgt de situatie voortdurend van nabij op.

Indien het FANC opnieuw de erkenning weigerde, motiveert het zijn beslissing en legt het bijkomende fysieke beveiligingsmaatregelen op die de exploitant in werking moet stellen, alsook de uitvoeringstermijnen. Wanneer het FANC kon vaststellen dat de exploitant alle bijkomende fysieke maatregelen heeft genomen, erkent het in de maand die volgt op deze vaststelling het fysieke beveiligingssysteem en brengt het de exploitant op de hoogte van deze beslissing.