Het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) en het nucleair onderzoekscentrum SCK CEN zijn op 5 mei een formeel vooroverleg gestart over een innovatieve kleine modulaire reactor (SMR) die gebruik maakt van loodgekoelde technologie. Het traject, dat tweeënhalf jaar zal duren, moet potentiële obstakels voor een eventuele vergunningsaanvraag in kaart brengen en, indien mogelijk, verhelpen. Een dergelijk overleg is informatief en adviserend van aard en houdt geen voorafname in op een vergunning.
Het overleg verloopt via workshops en uitwisseling van technische documentatie over nucleaire veiligheid, beveiliging en non-proliferatie. Daarbij wordt een top-downbenadering gehanteerd: eerst worden de fundamentele principes onderzocht, waarna er eventueel wordt ingezoomd op meer technische details.
Pascale Absil, directeur-generaal van het FANC: “Voor het FANC staat nucleaire veiligheid altijd centraal, ook wanneer het gaat om nieuwe technologieën, die gepaard gaan met grotere uitdagingen. Dergelijke innovatieve projecten zijn echt boeiend en bieden jong talent de kans om zich te ontwikkelen.”
“Voor SCK CEN is dit overleg een essentiële stap om te verzekeren dat onze innovatieve technologieën niet alleen wetenschappelijk vooruitstrevend zijn, maar ook beantwoorden aan de veiligheidsnormen”, zegt Peter Baeten, directeur-generaal van SCK CEN. “De samenwerking met het FANC en buitenlandse toezichthouders versterkt de robuustheid van ons traject.”
Internationale samenwerking
Het vooroverleg kadert in de ontwikkeling van een loodgekoelde SMR binnen het Europese EU-SMR-LFR (Lead cooled Fast Reactor)-project, waarin SCK CEN samenwerkt met partners in Italië en Roemenië. Op termijn voorziet het project de bouw van twee precursoren: de eerste op de SCK CEN-site in Mol, gevolgd door een tweede in het Roemeense Pitesti.
De internationale samenwerking is een belangrijk aspect van dit project. Ook de Roemeense nucleaire toezichthouder (CNCAN) en het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) nemen deel aan het overleg. Voor het FANC is dit de eerste keer dat het zo vroeg in een project met internationale partners samenwerkt binnen een verkennend kader. “Die internationale dimensie vormt een belangrijke meerwaarde in dit traject”, stelt Pascale Absil. “Ze laat toe om inzichten uit te wisselen met andere veiligheidsautoriteiten, wat waardevol is voor een zorgvuldige en objectieve beoordeling.”
Het FANC benadrukt dat het overleg niet betekent dat een vergunningsaanvraag automatisch zal worden goedgekeurd. “Onze rol als onafhankelijke toezichthouder blijft gewaarborgd: we nemen geen standpunt in over de wenselijkheid van nucleaire projecten, maar waken erover dat áls ze er komen, dit veilig en conform de wetgeving gebeurt.”
