De gemiddelde blootstelling aan ioniserende straling in België wordt geschat op 4 mSv/jaar. Dit gemiddelde omvat zowel natuurlijke als kunstmatige radioactiviteit: kosmos, aardstraling, interne blootstelling door inhalatie van natuurlijke radionucliden, interne blootstelling door ingestie van natuurljke radionucliden,, industriële toepassingen, medische toepassingen.
De totale blootstelling aan natuurlijke straling wordt geschat op 2,4 mSv/jaar.
Kosmische straling is ioniserende straling uit de ruimte die door radioactiviteit veroorzaakt wordt. Een fractie van deze straling bereikt het aardoppervlak en draagt voor ongeveer 10% bij tot de jaarlijkse gemiddelde natuurlijke stralingsdosis waaraan de bevolking wordt blootgesteld, wat neerkomt op een dosis van ongeveer 0.35 mSv/jaar. Kosmische en aardse straling, samen met natuurlijke radioactieve stoffen die we innemen, zijn verantwoordelijk voor ongeveer 21% van onze blootstelling.
We inhaleren ook natuurlijke radionucliden. Radon, een radioactief gas dat overal in de ondergrond aanwezig is, is de hoofdverantwoordelijke wat betreft interne blootstelling bij inademing. Door de samenstelling van de ondergrond is de radonconcentratie in het zuiden van het land hoger dan in het noorden.
Bijna de helft van het jaarlijkse gemiddelde is in feite afkomstig van medische toepassingen zoals radiologie en nucleaire geneeskunde. Radiotherapie wordt hierbij niet meegenomen in het gemiddelde omdat, voor de ‘gemiddelde Belg’, dergelijke medische procedures vrij zeldzaam zijn, met heel specifieke doses per patiënt. Anderzijds laat iedereen wel minstens een keer in zijn leven een röntgenfoto maken.
Industriële installaties (waaronder kerncentrales) zijn verantwoordelijk voor minder dan 1% van de jaarlijkse ontvangen dosis.
Meer info: