Het FANC waakt over de VEILIGHEID van de nucleaire inrichtingen
De nucleaire veiligheid ("sûreté" in het Frans en "safety" in het Engels) omvat het geheel van technische en organisatorische maatregelen die genomen worden in alle stadia van het ontwerp, de bouw, de uitbating en de declassering van de nucleaire installaties, om incidenten en ongevallen te voorkomen en, mochten deze zich ondanks alles toch voordoen, om de gevolgen daarvan te beperken.
Deze maatregelen dienen om de bevolking, de werknemers en het leefmilieu te beschermen tegen het gevaar van ioniserende straling en omvatten ook technische maatregelen bedoeld om het beheer van radioactief afval en radioactieve lozingen te optimaliseren.
De door het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) gestimuleerde veiligheidscultuur houdt in dat de organisatie op alle verantwoordelijkheidsniveaus voortdurend die houdingen en gedragingen die blijk geven van een sterke en duurzame veiligheidscultuur moet tonen, aanmoedigen, ondersteunen en bevorderen. De organisatie ziet er ook op toe dat zelfgenoegzaamheid wordt ontmoedigd en dat er een cultuur wordt gestimuleerd waarin informatiedoorstroming, weetgierigheid en scholing centraal staan, zodat die omstandigheden of handelingen die ongunstig zijn voor de veiligheid kunnen worden voorkomen.
Het beheersysteem moet de middelen verschaffen voor de systematische ontwikkeling, ondersteuning en bevordering van deze houdingen en gedragingen. De relevantie en de doeltreffendheid van deze middelen moeten worden beoordeeld in het kader van zelfevaluaties en de bestudering van het beheersysteem.
Hieronder volgen enkele concrete voorbeelden op het gebied van de nucleaire veiligheid:
- De naleving van de toegestane limieten voor (vloeibare/gasvormige) radioactieve lozingen in het leefmilieu;
- Het toezicht op de stralingsdosis voor de werknemers en het publiek;
- De analyse en rechtzetting van technische defecten (ventilatiestoornis, stroomonderbreking...);
- De naleving van de technische specificaties (controle of onderhoud binnen de termijnen, ...);
- Het nemen van preventieve maatregelen in geval van buitengewone natuurlijke verschijnselen, zoals de overstroming van een nucleaire site ten gevolge van een buiten de oevers getreden stroom;
- Het voorkomen van radioactieve besmetting binnen en buiten nucleaire sites;
- De uitwerking van een intern noodplan en het regelmatig oefenen van dit plan.
Een veilige uitbating biedt niet enkel de garantie op de bescherming van het personeel, de bevolking en het leefmilieu, maar verzekert eveneens een goede werking van de installaties.
Tijdens de uitbating van zijn installaties, moet de exploitant een veiligheidsniveau handhaven dat minstens even hoog is als bij het ontwerp van de installaties. Hij moet er bovendien voor zorgen om dit veiligheidsniveau permanent te versterken waar mogelijk.
De inrichtingen van klasse I moeten bovendien om de 10 jaar een periodieke veiligheidsherziening ondergaan. Het doel van een periodieke veiligheidsherziening is om een systematische evaluatie uit te voeren van de nucleaire veiligheid van een installatie, en meer in het bijzonder:
- Om te bevestigen dat de installatie nog minstens even veilig is zoals oorspronkelijk werd aangenomen of zoals werd aangenomen aan het einde van de vorige periodieke herziening, waarbij wordt aangetoond dat voor elke achteruitgang van de nucleaire veiligheid corrigerende acties werden uitgevoerd;
- Om de situatie van de installatie en het uitbatingsregime vast te stellen, met specifieke aandacht voor de structuren, systemen en componenten die gevoelig zijn voor achteruitgang, met als doel elke factor te identificeren en evalueren die de veilige uitbating van de installatie zou kunnen beperken, tot aan de volgende periodieke herziening of tot het einde van de uitbating;
- Om het huidige veiligheidsniveau te rechtvaardigen ten opzichte van de huidige normen en praktijken en om verbeteringen op het vlak van veiligheid te identificeren en uit te voeren waar redelijkerwijs mogelijk.
Het FANC waakt eveneens over de BEVEILIGING van de nucleaire inrichtingen
De nucleaire beveiliging ("sécurité" in het Frans en "security" in het Engels) omvat dus alle technische en organisatorische maatregelen die dienen te worden genomen om een mogelijke diefstal, sabotage, toegang door niet bevoegden, verduistering en kwaadwillige handelingen te vermijden en te detecteren.
Deze handelingen kunnen zowel gericht zijn tegen het radioactief materiaal als de daaraan gerelateerde infrastructuur, met inbegrip van het transport.
Het heeft dus als doel de bevolking, de werknemers en het leefmilieu te beschermen tegen een radiologisch risico dat kan worden veroorzaakt door de explosie van een nucleair tuig of een terroristische aanslag gericht tegen één van de installaties.
Ook de bescherming van gerelateerde gevoelige informatie met betrekking tot deze materialen, installaties en transport behoren tot het werkdomein.
Hierna enkele concrete voorbeelden die te maken hebben met nucleaire beveiliging:
- De fysieke beveiliging van de radioactieve materialen op de sites waar ze worden gebruikt, geproduceerd of gestockeerd inclusief het transport. Dit door middel van bv. barrières, veiligheidsdeuren, camera's, infrarooddetectoren, alarmsystemen...;
- Procedures voor toegang tot deze sites voor zowel de personeelsleden als personen die occasioneel toegang dienen te hebben;
- Classificatie van gevoelige documenten;
- Afleveren van veiligheidsattesten voor de nucleaire sector op basis van een veiligheidsverificatie, voor zowel het personeel dat binnen de installatie werkzaam is als voor derden die onder bepaalde voorwaarden toegang dienen te hebben;
- Begeleiden van de internationale inspectoraten (Internationaal Atoomenergieagentschap, Euratom) bij hun controle-en verificatieopdrachten.